Wil dacht: ik ga het proberen
Artikel magazine RK Woningbouwvereniging Zeist – oktober 2019
Thuis wonen tot je op eigen benen kunt staan is helaas niet voor iedereen vanzelfsprekend. In de regio Utrecht wonen tientallen jongeren tussen de 18 en 23 jaar tijdelijk in een instelling. Ze staan klaar om te vertrekken, maar hebben onvoldoende vangnet, geld of praktische vaardigheden om helemaal zelfstandig te wonen. Voor deze jongeren zoekt het nieuwe samenwerkingsinitiatief Kamers met Aandacht een plek waar zij met steun van hun omgeving en vertrouwde begeleider, verder zelfstandig kunnen worden. In Zeist is recentelijk al een jongere geplaatst.
Bianca van der Neut is initiatiefnemer van Kamers met Aandacht. Ze heeft er haar loondienstbaan in de jeugdzorg voor opgegeven. ,,Kamers met Aandacht is bedoeld voor jongeren tussen de 18 en 23 jaar die uitstromen uit de jeugdzorg. Deze jongeren zijn zelfstandig genoeg om op kamers te gaan, maar hebben een onvoldoende vangnet en financiële vaardigheden om helemaal zelfstandig te wonen. Ze kunnen die stap niet aan. Ze kunnen niemand om hulp vragen. Het idee is dat mensen mét een zorgvraag wonen bij mensen zónder zorgvraag. Dat kan overal: op een zolderkamer, een studio in iemands tuin.”
Ze vertelt dat ze op inhoud een match tot stand brengt. ,,In het gesprek kijk ik wat voor soort aandacht de verhuurder kan bieden. Wat soort mensen zijn het? Het gaat erom dat de jongere vooral een beetje aanspraak en steun krijgt. De echte begeleiding krijgen ze van de instantie die ze aanmeldt. Jongeren hebben de keuze met wie ze in huis willen wonen: een gezin met of zonder kinderen, ouderen, een huis met of zonder huisdieren. Het is een soort begeleid wonen, maar dan individueel bij particulieren.”
Mensen die een kamer met aandacht beschikbaar stellen zijn er in alle variaties. Bianca: ,,Soms is het een alleenstaand iemand die het gezellig vindt om samen te eten. Soms ben je meer aanspreekpunt voor administratieve vragen of financiële vragen. Soms is het gewoon iemand die vraagt: ‘hoe was je dag? Hoe was het op je werk?’ Vaak gaat het om jongeren zonder of met een heel klein netwerk. Vaak hebben ze geen contact meer met ouders. Hun netwerk heeft afgehaakt omdat ze zo lang in de jeugdzorg zaten.” Ze benadrukt dat er met veel jongeren in de jeugdzorg niets aan de hand is. ,,Ze hebben hele beschadigde ouders. Daar kun je niets van verwachten.”
De aandacht die een verhuurder die meedoet aan Kamers met Aandacht kan schenken, kan ook in de vorm van praktische dingen zijn, zoals met de jongere ergens naartoe gaan, vertelt Bianca. ,,Je zorgt niet voor ze. Je hoeft niet voor ze te koken, niet de was doen. Je doet niet de begeleiding. Dat kríjgen ze. Het is gewoon een beetje omkijken naar ze. En je hebt een signalerende functie. Als je een incassobrief ziet, neem je contact op met de begeleider. De verhuurder krijgt een vrijwilligersovereenkomst met de begeleidende instantie, waarin dat is afgesproken.”
Kamers met Aandacht werkt met tijdelijke contracten van minimaal één jaar. Bianca merkt dat er veel animo is. ,,In een half jaar tijd hebben we al enkele tientallen jongeren aangemeld gekregen vanuit 7 jeugdzorgaanbieders,” vertelt ze. ,,Er zit een goede voorselectie op vanuit de jeugdzorgaanbieder. Vanuit de verhuurders kant hebben mensen tussen de 21 en 73 jaar zich aangemeld. Ik verwacht zeker wel 50 jongeren per jaar te kunnen plaatsen in de regio Utrecht.”
Bianca dicht hiermee een gat van een groot maatschappelijk probleem. Dat zag ze in haar loondienstbaan, waar ze verantwoordelijk was voor de uitstroming in de jeugdzorg. ,,Ik zag dat zeker een derde van al die jongeren onderuit ging. Die kwamen terug in maatschappelijke opvang, crisisopvang of kregen schulden. Daarom ben ik met dit idee gekomen. Ik wil gewone burgers betrekken bij dit maatschappelijke probleem. Mensen met interesse, die momenteel huurtoeslag krijgen, hoeven niet bang te zijn: de opbrengsten van de verhuur wordt niet in korting gebracht op de huurtoeslag.”
Wil Verbiezen (60) uit Zeist verhuurt sinds kort een kamer in zijn huis aan een jongere die uit een instelling komt. ,,Ik zag dat er woonruimte gezocht wordt voor jongeren die geholpen moeten worden om in de maatschappij gebracht te worden. Ik heb woonruimte: ik woon alleen in een vierkamerflat. Ik vind het leuk om met iemand op te trekken en hoop daarnaast dat ik een bijdrage kan leveren aan een mooie toekomst voor zo’n jongere. Die jongeren hebben allemaal een verleden. Ik dacht: ik ga het proberen. Het lijkt me wel leuk.”
Middels een vragenlijst kon hij aangeven aan wat voor type jongere hij een bijdrage wil leveren. ,,Psychologisch ben ik minder goed. Maar ik kan wel stimuleren om iemand ander gedrag te leren en helpen met de financiën. De jongen (22) die ik nu in huis heb, moet wat geholpen worden met financiële dingen.” Wil heeft gekozen om de jongere voor een periode van twee jaar in huis te nemen. ,,Bianca kwam met een kandidaat en er was meteen een klik. Het is een rustige jongen en we hadden een gezamenlijke interesse: voetbal.”

Ondanks dat Wil moet wennen aan de nieuwe situatie met een jongere in huis, bevalt het hem goed. ,,In eerste instantie moest ik wennen aan zijn levensstijl. Hij is veel onderweg. Hij heeft zijn begeleider, een biologische moeder en een pleegmoeder. Hij moet laveren tussen vier adressen. Er komt langzamerhand meer rust in. We hebben fijne gesprekken, waarin hij vertelt waar hij vandaan komt en wat hij wil gaan doen. Hij heeft een hele mooie toekomstvisie. Hij werd uit huis gehaald bij zijn biologische moeder en kwam in allerlei pleeggezinnen. Nu wil hij voor zijn biologische moeder een voorbeeld zijn. Zo van: ‘ma, ik wil je laten zien hoe het ook kan en dat je trots op me bent.”
Wil vervolgt: ,,Hij heeft plannen. Dat doet ie mooi. In zijn werk behaalt hij goede resultaten. Daar is hij trots op. Als ik hem een beetje kan helpen dat hij tot rust komt en hem kan bijbrengen waarin hij zichzelf en zijn toekomst kan verwezenlijken, ben ik blij. En ík heb aanspraak, dat vind ik leuk. Het is een win-win situatie. En het heeft een financieel voordeel voor mij: de kamer wordt verhuurd. Deze jongens en meiden verdienen hulp. Ze hebben een moeilijke periode gehad. En voor mij geldt: alleen is ook maar alleen. Laten we elkaar helpen. Samen zijn we sterk.”